Het reinigingsprincipe is gebaseerd op overmaatse sponsrubber balletjes die door de condensorpijpen worden gevoerd door de processtroom.
De reinigingsballen worden periodiek vanaf de Injector in de inlaat van de warmtewisselaar of condensor geïnjecteerd, en worden door de condensor gevoerd door middel van de koelwaterstroom.
Injectie: de luchtklep opent, waardoor perslucht in de Injector geblazen wordt. Het daar aanwezige water wordt verdrongen en stroomt via de Kollektor naar de inlaat van de warmtewisselaars.De reinigingsballen worden in deze stroming meegevoerd en komen zodoende in de warmtewisselaar terecht.
De reinigingsballen zijn iets groter in diameter dan de binnendiameter van de condensorpijpen. De balletjes worden tijdens het transport door de pijpen "samengeknepen" en vegen hierdoor het inwendige van de pijpen schoon.
Collectie: na de warmtewisselaar worden de reinigingsballen afgevangen in de zogenaamde Ball-Trap. Nu opent de drain klep, waardoor de lucht uit de Injector ontsnapt; hierdoor ontstaat een stroming van de Ball-Trap via de Collector naar de Injector. De reinigingsballen worden dor deze stroming meegevoerd en blijven achter in de Collector. De reinigingsballen blijven in de Collector totdat de volgende reinigingscyclus gestart wordt.
Het gehele systeem werkt zonder inwendig bewegende delen, met twee magneetventielen en twee terugslagkleppen.